De verjaring van de strafvordering uitgeklaard

26 OKTOBER 2017

De verjaring van de strafvordering uitgeklaard

Hoewel de berekening van de verjaring van de strafvordering in theorie heel eenvoudig kan zijn, is het in de meeste zaken bijzonder complex. Niet alleen is er de zoektocht naar de laatste stuitingsdaad gesteld binnen de eerste termijn, die in voorkomend geval verlengd moet worden met de duur van de schorsing die zich binnen die termijn heeft voorgedaan; daarnaast moeten soms verschillende periodes van schorsing in rekening worden gebracht. Bovendien kan er op zich al discussie zijn over de precieze aanvang van de verjaringstermijn en moet rekening gehouden worden met diverse wetswijzigingen, waardoor ook oude verjaringsregimes gekend moeten blijven en soms moeten worden toegepast.

Toch moet in elke strafzaak worden nagegaan of de verjaring niet is ingetreden, zelfs ambtshalve. De verjaring is immers van openbare orde, want ze bestaat, anders dan de redelijke termijn, niet in het belang van de beklaagde maar in het algemeen belang. Het is dus geen overbodige luxe om te beschikken over een duidelijke ‘handleiding’ waarin alle principes die van tel zijn bij het berekenen van de verjaring van de strafvordering, worden uiteengezet.

Die handleiding is er nu. Joachim Meese brengt deze complexe materie namelijk op een duidelijke wijze in kaart. De verschillende facetten van de berekening van de verjaring worden besproken vanuit een ‘stappenplan’ om tot een correcte berekening te komen. De handige bijlagen bieden een schematisch overzicht van de essentiële elementen van die stappen, rekening houdend met de verschillende verjaringsregimes die van toepassing waren doorheen de tijd.

Een onmisbaar werkinstrument dus voor advocaten, parketmagistraten en rechters.

Infofiche

Deel dit bericht